Enkele weken geleden vroeg Jordy Bossen of ik mee wilde werken aan zijn afstudeerscriptie. De titel ‘Merk & Consument in een digitaal tijdperk’ sprak mij uiteraard aan en ik heb vervolgens antwoord gegeven op een overzichtelijke vragenlijst.
De scriptie van Jordy is te vinden op zijn blog. Hieronder staan Jordy’s vragen en de antwoorden die ik voor hem had geformuleerd over merken, consumenten (logisch), relaties, interactie, authenticiteit, belevenissen, co-creatie, sociale media en mobiele ontwikkelingen.
Vraag 1: Wat is in jouw ogen een sterk merk? Wanneer kan een merk sterk genoemd worden? Waar moeten merken aan voldoen om sterk te worden?
Merken die ergens voor staan, een verhaal hebben, dynamisch zijn en in staat zijn om continu veranderend consumentengedrag (dat door technologisering erg snel gaat) te volgen.
Vraag 2: Maken merken voldoende gebruik van de online mogelijkheden dat het Web te bieden heeft?
Nee. Veelal wordt online ingezet als een 1 dimensionale doorvertaling van offline campagnes. Al dan niet met een actiematige toevoeging en negen van de tien keer alleen maar met een kwantitatieve effectmeting. Wat online voor het merk doet wordt helaas nog binnen weinig campagnes in kaart gebracht en dit houdt grotere investeringen in online merkcommunicatie tegen.
Vraag 3: Hoe kunnen merken online sterk worden?
Er zijn nog weinig adverteerders die een merkstrategische benadering hanteren voor online. Een aanpak die zorgt voor een continue en structurele online aanwezigheid met content, applicaties en andere vormen van non spot reclame. Met als doel de merkwaarden tastbaar te maken, op een relevante manier verweven te zijn in de online tijdsbesteding van doelgroepen en optimaal gebruik te maken van de toegevoegde waarde van interactiviteit.
Vraag 4: Hoe kunnen merken een sterke langdurige relatie met hun consument opbouwen door gebruik te maken van de online mogelijkheden van het web?
Door te onderkennen dat online media communicatie, interactie, transactie & relatie combineren. Het is een medium & een kanaal. En doordat het 24/7 is, geeft het veel meer mogelijkheden dan campagnematig communiceren.
Vraag 5: Co-creatie en mass-customization zijn twee begrippen waar merken meer en meer gebruik van maken. Het begint langzamerhand een standaard te worden, maar hoe zullen deze ontwikkelen zich in de toekomst gaan ontplooien? Zullen merken en consumenten meer gaan samenwerken? Hoe zullen de mogelijkheden van ‘op maat’ producten, diensten en/of belevenissen er uit komen te zien?
Uit onderzoek van de London Business School of Economics blijkt dat de inzet van dit soort fenomenen leidt tot waardevollere interactie tussen merken en consumenten. Met als gevolg meer en grotere merkambassadeurs en uiteindelijke een significante groei van de verkoop van producten en diensten. Uiteraard zijn de producten en diensten van sommige adverteerder geschikter voor deze vormen van marketing dan die van anderen. Door de verdere technologisering van de wereld zal nog meer mogelijk worden op dit gebied, maar mijn ervaring is… onderschat, maar vooral overschat de consument niet. Een stem en een rol voor ‘gebruikers’ is prima, maar adverteerders moeten zelf voorop gaan in de strijd betere merkervaringen te blijven ontwikkelen.
Vraag 6: De vraag naar authentieke belevenissen, producten en/of diensten stijgt onder de consument. Hoe belangrijk acht jij authentieke waarde van producten, diensten of belevenissen? Zullen merken hier rekening mee moeten gaan houden? En hoe kunnen ze de authentieke waarde online communiceren?
Authenticiteit is absoluut een belangrijke ‘value driver’. Zeker in een medialandschap dat meer transparantie geeft dan ooit en waar consumenten niet meer om de tuin te leiden zijn met mooie beloftes die niet (geheel) waargemaakt worden. Omdat online niet alleen de mogelijkheid geeft tot communicatie, maar ook tot interactie, transacties en het bouwen van relaties, kunnen de authentieke waarde van merken met interactieve media (nog) rijker verteld, ervaren en waargemaakt worden.
Vraag 7: Merken kunnen online op diverse manieren de conversatie aangaan met de consument, maar hoe belangrijk is de conversatie met de consument voor een merk? Maken merken hier voldoende gebruik van? Op welke manieren kunnen merken de conversatie met de consument online aangaan?
Dit is in algemene zin een moeilijk te beantwoorden vraag. Het schilt namelijk per branche, per doelgroep, etc. De mate van (gewenste) interactiviteit met de consument zal dus per geval bekeken moeten worden. Rekening houden met het feit dat consumenten mondiger zijn en steeds vaker de initiator zijn van marketingcommunicatieprocessen is de conversatie/dialoog aangaan -mijn inziens- voor elke adverteerder een meer of mindere mate wel een absolute ‘must’.
Vraag 8: Sociale netwerken zijn belangrijke onderdelen in het leven de consument geworden, maar zijn sociale netwerken ook belangrijk voor merken? Zullen merken zich ook moeten bevinden op sociale netwerken? Zo ja, hoe kunnen ze dit het beste doen en wat kunnen ze bereiken?
Voor merken is aanwezigheid op virtuele hangplekken -zoals sociale netwerken- essentieel. Daar begeven zich namelijk steeds meer consumenten vaak en veel. In Nederland wordt al meer dan 1 op de 10 internetminuten doorgebracht op HYVES. Het is belangrijk om na te denken hoe je relevant wordt in dit soort omgevingen. Waarbij merkcommunicatie met aansprekende content, handige applicaties en andere vormen van non spot reclame beter blijken te werken dan traditionele online advertising met banners en buttons. Deze aanpak vergt alleen ander en meer denkwerk en nog weinig reclame- en mediabureau’s zijn bedreven in deze manier van waarde toevoegen.
Vraag 9: Hoe zullen sociale netwerken zich in de toekomst ontplooien? Welke invloed kan dit hebben op merken? Welke kansen kunnen er ontstaan voor merken?
Sociale netwerken zijn nu nog een bestemming; een plek waar je op het internet heen gaat. De verwachting is dat over enkele jaren dit minder het geval zal zijn, omdat de vriendenfilter over bijna alles op het internet is gelegd en dus een integraal onderdeel uitmaakt van je online activiteiten. En door de groei van mobiel internet zal dit ook steeds meer gelden voor je offline sociale leven.
Vraag 10: Web 1.0, 2.0, 3.0, 4.0…… WEB3D allerlei buzz-woorden die de revue passeren, maar hoe zij jij de nabije toekomst van het web? Hoe zal het online landschap zich gaan vormen?
Ik denk dat door de definitieve opkomst van mobiel internet er steeds meer koppelingen komen tussen de virtuele en de echte wereld. Verder denk ik dat er een grotere scheiding gaat komen tussen functioneel gebruik van het internet (met widgets, gadgets en applicaties) en de entertainment-kant met 3D werelden en rijke interactieve ervaringen. Ook zal de convergentie van verschillende media doorzetten, waarbij er waarschijnlijk altijd wel een onderscheid zal blijven bestaan tussen zelf actief bezig zijn en –al dan niet met anderen- jezelf lekker passief laten vermaken. Het nog meer open (source) worden van technologie zal tenslotte veel impact hebben op nieuwe ontwikkelingen. Dit versnelt namelijk vernieuwing en maakt alles (idealiter) nog gebruiksvriendelijker voor de consument.