Las nog even de Adformatie van vorige week. Op de voorpagina stond de kop ‘Bureaus onbekend met sociale media’. Voor iedereen die daar werkt vijf eenvoudige handvatten:
1. Denk goed na wat je voor een adverteerder kunt toevoegen aan een specifiek sociaal netwerk (en let op… het ene netwerk is het andere niet). Voor consumenten is het namelijk een virtuele hangplek waar ze zich -tijdens het sociaal doen- alleen maar laten storen door iets handigs of iets leuks…
2. Laat campagne-denken even los. Iets massa-mediaal doorvertalen levert vaak minder op dan nadenken over een relevante 24/7 aanwezigheid. Interessevelden van de consument (die uiteraard bij het merk passen) kunnen hierbij een startpunt zijn voor het denken.
3. Maak gebruik van het netwerkeffect. Merkboodschappen verspreiden zich namelijk prima peer-to-peer op sociale media. Het virale effect komt pas op gang wanneer het makkelijk is voor de consument om de uiting te delen en wanneer ‘het’ leuker wordt door vrienden en vriendinnen te betrekken.
4. Denk na over het inzetten van targeting. De betere sociale netwerken hebben een schat aan doelgroepinformatie en mediaconsumptiegedrag. Gericht communiceren vergroot niet alleen de efficiency, maar vaak ook de effectiviteit.
5. Vraag niet domweg de aanlever-specs aan en ga aan de slag. De meest succesvolle campagnes tot nu toe op deze media zijn veelal co-makerships geweest tussen de adverteerder, het bureau en de exploitant. Laatstgenoemde partij heeft immers de meeste kennis van de mogelijkheden en het gedrag van consumenten op van hun (sociale) medium.
Ik hoop dat deze opsomming duidelijk is (en weet dat die niet volledig…). Feedback is uiteraard welkom.
Vanzelfsprekend mogen vooraf duidelijke doelstellingen niet ontbreken. Zowel op het niveau van clicks & views als reclame- en merkeffecten. Maar dat is natuurlijk een no-brainer….
Succes met de handvatten en voor aanvullend advies ben ik uiteraard beschikbaar :-).